Marlon James, Paul Celan

De Jamaicaanse schrijver Marlon James werd geboren op 24 november 1970 in Kingston, Jamaica. Zie ook alle tags voor Marlon James op dit blog.

Uit: Moon Witch, Spider King

“One night I was in the dream jungle. It was not a dream, but a memory that jump up in my sleep to usurp it. And in the dream memory is a girl. See the girl. The girl who live in the old termite hill. Her brothers three, who live in a big hut, say that the hill look like the rotting heart of a giant turn upside down, but she don’t know what any of that mean. The girl, she is pressing her lips tight in the hill’s hollow belly, the walls a red mud and rough to the touch. No window unless you call a hole a window and, if so, then many windows, popping all over and making light cut across her body up, down, and crossway, making heat sneak in and stay, and making wind snake around the hollow. Termites long ago leave it, this hill. A place nobody would keep a dog, but look how this is where they keep her.
Two legs getting longer but still two sticks, head getting bigger but chest still as flat as earth, she may be right at the age before her body set loose, but nobody bother to count her years. Yet they mark it every summer, mark it with rage and grief. They, her brothers. That is how they mark her birth, oh. At that time of year they feel malcontent come as a cloud upon them, for which she is to blame. So, she is pressing her lips together because that is a firm thing, her lips as tight as the knuckles she squeezing. Resolve set in her face to match her mind. There. Decided. She is going to flee, crawl out of this hole and run and never stop running. And if toe fall off, she will run on heel, and if heel fall off, she will run on knee, and if knee fall off, she will crawl. Like a baby going back to her mother, maybe. Her dead mother who don’t live long enough to name her.
With the small light coming and going through the entry holes, she can count days. With the smell of cow shit, she can tell that one brother is tilling the ground to plant new crops, which can only mean that it is either Arb or Gidada, the ninth or tenth day of the Camsa moon. With one more look around, she see the large leaf on which they dump a slop of porridge last evening, one of only two times every quartermoon that they feed her. When they remember. Most of the time they just let her starve, and if they finally remember, late in the night, they say it’s too late anyway, let some spirit feed her in dreams.”

 

Marlon James (Kingston, 24 november 1970)

 

De Duits-Roemeense dichter Paul Celan werd onder de naam Paul Antschel op 23 november 1920 geboren in Czernowitz, toentertijd de hoofdstad van de Roemeense Boekovina, nu behorend bij de Oekraïne. Zie ook alle tags voor Paul Celan op dit blog.

 

Zwarte vlokken

Sneeuw is gevallen, zonder licht. Een maan
of twee, dat de herfst, onder een monnikspij,
een boodschap bracht, ook mij, een blad van Oekraïense hellingen:

“Denk eraan dat het wintert ook hier, voor de duizendste keer nu
in het land waar de breedste rivier stroomt:
Jakobs hemelse bloed, gezegend door bijlen…
O ijs van onaards rood – haar hetman waadt met zijn hele
gevolg de verduisterende zonnen in… Kind, ah, een doek,
om me erin te wikkelen, wanneer het glinstert van helmen,
wanneer de kluit, de roze, barst, wanneer sneeuwachtig stuift het gebeente
van je vader, onder de hoeven verbrijzelt
het lied van de ceder…
Een doek, slechts een smal doekje, dat ik bewaar
nu, dat je leert huilen, aan mijn zijde
de engte van de wereld die nooit groen wordt, mijn kind, voor jouw kind!”

Bloedde, moeder, de herfst mij weg, verbrandde de sneeuw me:
zocht ik mijn hart om te wenen, vond ik het vleugje, ah, van de zomer,
was het zoals jij.
Liet ik een traan. Weefde ik het doekje.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Paul Celan (23 november 1920 – 20 april 1970)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 24e november ook mijn blog van 24 november 2023 en ook mijn blog van 24 november 2020 en ook mijn blog van 24 november 2018 deel 1 en ook deel 2.

Dirk van Weelden, Christian Filips

De Nederlandse schrijver Dirk van Weelden werd geboren in Zeist op 22 november 1957. Zie ook alle tags voor Dirk van Weelden op dit blog.

Uit: Buiten de tijd

“Geen beter meetpunt voor de spectaculaire vooruitgang van de moderne techniek dan de schrijfmachine. Want iedereen weet: na de schrijfmachine kwam de computer. Op de een kon je, zij het behoorlijk moeizaam, schrijven; en niets anders. Voor de computer is schrijven kinderspel. Hij doet er van alles bij: bankbetalingen afhandelen, videospellen en films afspelen, een muziekbibliotheek en alle gezinsfoto’s opslaan en ordenen. Maar het echte mirakel is dat de computer via het internet onmiddellijke toegang geeft tot duizelingwekkende hoeveelheden informatie en miljarden mensen.
Daar steekt de Olympia sg1 uit 1959 waarop ik dit schrijf lachwekkend bij af. Ze weegt een kilo of tien en kan ondanks al dat staal en die honderden hefbomen en stangen niets anders dan letters en cijfers op een rijtje zetten. Ja, je kunt de regelafstand veranderen en tabulatorstops instellen, maar een typefout verbeteren is al onmogelijk. Het ding werkt op spierkracht. Hoe hebben mensen daar ooit aan kunnen werken, vraagt een digitale inboorling zich verbijsterd af. Technisch gezien is de vergelijking met over de autosnelweg in een Porsche naar Parijs, of dezelfde reis op de rug van een pakezel over een zandweg, niet overdreven. De schrijfmachine is sinds de tweede helft van de jaren tachtig van de vorige eeuw een verschrikkelijk overbodig apparaat.
In 1988 verscheen er een boek waarvan de titel die triomfantelijke overwinning uitspreekt. The Mac is not a Typewriter, door Robin P. Williams. Het is een boek dat haarfijn uitlegt hoe je professioneel ogend drukwerk maakt met behulp van een tekstverwerkingsprogramma. Het gaat over het gebruik van leestekens, witregels, lettertypes, kolommen en voetnoten. In hetzelfde jaar, 1988, opende het Scryption zijn deuren. Het Tilburgse museum voor schrifttechnologie is onlangs hardvochtig wegbezuinigd, ondanks goede bezoekersaantallen en een Europese onderscheiding voor het erbij betrekken van de jeugd. Daar dus, drieëntwintig jaar geleden, hield Rudy Kousbroek een lezing ter gelegenheid van de feestelijke opening. Niet veel later stond die afgedrukt in het Cultureel Supplement van NRC Handelsblad.”

 

Dirk van Weelden (Zeist, 22 november 1957)

 

De Duitse dichter, schrijver, acteur en regisseur Christian Filips werd geboren op 22 november 1981 in Osthofen. Zie ook alle tags voor Christian Filips op dit blog.

 

Tien keer bel ik aan het tuinhek

en hoor het van boven rinkelen,
tien keer: Vader!
Vader? –
Staat hij achter het hek, achter het raam,
achter het gordijn, het vergeelde,
op zijn tenen? Kijkt naar buiten
en door mij heen, door niets anders dan zichzelf,
net zoals ik hem alleen door mezelf zie.
Vergeeld: Ik zie het gordijn
als een raam, een hek, een spiegel van de lucht.
(Fata) Sigaret links de rechterhand
pakt het gordijn, nu zwaait hij
– Hé papa van de Batschka! – veegt me
weg… Ja, heeft hij wel echt gezwaaid?
Het doek valt… Weg! Weg!
Misschien was hij dronken? Misschien
komt hij zo meteen naar beneden? Dreigend
Daarboven, verstrooien, verstrooid…
Nee, naar beneden kan hij van daarboven
niet komen zolang hij degene
van daarboven nog blijft. Veel te hoog
voor hem, voor mij, gezien vanaf hier
vanaf het raam, vanaf het hek gezien:
In elk geval! Vader maal tien.
Van hier beneden ben ik een vreemde misschien
voor hem als een dar die
(Gogols Streetview)
zijn schaamte gadeslaat.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Christian Filips (Osthofen, 22 november 1981)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 22e november ook mijn blog van 22 november 2018 en eveneens mijn blog van 22 november 2015 deel 2.

Liam Rector, Christian Filips

De Amerikaanse dichter, essayist en docent Liam Rector werd geboren als Ronald Edward Rector op 21 november 1949 in Washington, D.C. Zie ook alle tags voor Liam Rector op dit blog.

 

Mental Mommy

Home from school at six years old, first grade,
And uncle there to tell me Mommy
Gone, Mommy not be coming back any
Time soon, Liam, Mommy had to go to
Mental hospital. Nervous breakdown.
Years later Mommy, when she gets out
Of mental, often says, “If you’re
A bad boy for me Liam you’re
Going to send me back, back
Into mental hospital, like you did
First time.” At 13
I find out Mom had been doing years
In a federal prison all that time,
For stealing, so no mental hospital for
Mommy. Breakdown ours alone.
I was on my one.

 

Hans Reading, Hans Smoking

My mother, poised around behavior,
would say You are sitting there
reading and smoking, Hans,
And this would describe for her,
to her utter Satisfaction,
what it is you are doing.
Knowing you I guess you are
stationed there In grief, reverie,
worry- your car broken Down,
the mechanic wanting money,
and you without, For the moment,
what it takes- and you thinking
Of love lost as you read that
impossible book Your father
last gave you….I see you smoking
And as an addict myself I know
this is something You are barely doing….
The habit smokes itself And you,
you are turning the page where
the woman From New Orleans,
like your woman, goes to Manhattan.
I suppose my mother, in her mania,
could never afford To think
there was anything hovering around,
anything Behind behavior.
Unable to sit, to go into that sorrow
Where what failed to happen
presses against what did,
She would get up, go out looking for
‘Something Different,’ do anything
to keep moving, behaving…
Going. But you, Hans, you are a sitter,
and I know You will not be getting up
until you have put this time Behind you.
And so your friends pass by waiting,
Wanting to know what you will come up
with when you rise From your stationary chair,
our Hans reading and smoking.

 

Liam Rector (21 november 1949 – 15 augustus 2007)

 

De Duitse dichter, schrijver, acteur en regisseur Christian Filips werd geboren op 22 november 1981 in Osthofen. Zie ook alle tags voor Christian Filips op dit blog.

 

Tijdstippen van de dag

Merkwaardig genoeg is alles weer
onopgemerkt voorbijgegaan:
de dag zonder zorgen,
’s morgens met het scheermesje
mijn tanden gepoetst.
De trillende nekharen
onmerkbaar verwijderd
zonder pincet.
De bewuste vingers.
Ze zijn getrimd.
De aandachtige knie
kwam onopgemerkt dichterbij:
De nacht zonder aandacht
daarna met het gordijn
de sporen uitgewist.
In bewuste uren:
Ze zijn weer verstreken
onopgemerkt verstreken
zonder iets noemenswaardigs.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Christian Filips (Osthofen, 22 november 1981)

 

Zie voor de schrijvers van de 21e november ook mijn blog van 21 november 2020 en ook mijn blog van 21 november 2018 en ook mijn blog van 21 november 2015 deel 2.

Sheema Kalbasi, Christian Filips

De Iraanse dichteres, vertaalster en mensenrechten-advocate Sheema Kalbasi werd geboren op 20 november 1972 in Teheran. Zie ook alle tags voor Sheema Kalbasi op dit blog.

 

For Women of Afghanistan

As I walk in the streets of Kabul,
behind the painted windows,
there are broken hearts, broken women.
If they don’t have any male family to accompany them,
they die of hunger while begging for bread,
the once teachers, doctors, professors
are today nothing but walking hungry houses.
Not even tasting the moon,
they carry their bodies around, in the covered coffin veils.
They are the stones in the back of the line …
their voices not allowed to come out of their dried mouths.
Butterflies flying by, have no color in Afghani women’s eyes
for they can’t see nothing but blood shaded streets
from behind the colored windows,
and can’t smell no bakery’s bread
for their sons bodies exposing, cover any other smell,
and their ears can’t hear nothing
for they hear only their hungry bellies
crying their owners unheard voices
with each sound of shooting and terror.
Remedy for the bitter silenced Amnesty,
the bloodshed of Afghani woman’s life
on the-no-limitation-of-sentences-demanding help
as the voices break away not coming out but pressing hard
in the tragic endings of their lives.

“Woman, are you the brown March Violets?”
“I saw an angel in the Miramar
I carved and carved
until I freed her out”.
-Michele Angelo

My utopia brushed
an unusual current
turned into
autobiographical circulation of
devilish misplaced luck

as a woman today
I have
never had much fruit
much happiness

My parents’ ambition
not to see me sealing my body
to the sad painted windows

Men with unknown identity
without faces
decide for my very existence

My voice
a recorded statement
I am a hopping sparrow
………. Maybe tomorrow
behind the veil
the flesh
dies away
all the pain
the sorrow
of being a woman
in Afghanistan
in the year zero, zero, zero

I tried
I tried
to pour burning oil on the crying cells
on my body
Inside
only inside
the burning oil
were the poisoned houses of wishes!

A mushroom in the city-world-of universe
From trying to pass the dying
the head first and then dripping bread
comes

Shifting
from one age to another
Lively playing with death

I die-to-die and live to live
If I could only live
a noble life.

 

Sheema Kalbasi (Teheran, 20 november 1972)

 

De Duitse dichter, schrijver, acteur en regisseur Christian Filips werd geboren op 22 november 1981 in Osthofen. Zie ook alle tags voor Christian Filips op dit blog.

 

Een hete fusie met tijdloze waarden

Inderdaad, je begroting begint op leeftijd te komen.
Bejaarden wordt aangeraden hun eigen dood
af te betalen, hun huis op orde te brengen,
alles vroegtijdig na te laten, zich misschien zelfs
te laten verzorgen, voor het vergeten.
Deze methode is populair in oude streken
van Europa, zoals Zuid-Tirol of Vlaanderen.
Hier zie je geen tijdloze waarden verdwijnen.
Hier liggen ze nog steeds in staven, in bank-
kluizen, achter onschuldige bakstenen gebunkerd.
In Vlaanderen had ook ik een eenzame oudtante
die mij , op een van de laatste dagen van haar bewustzijn
(dementie), tot haar executeur-testamentair benoemde
en wilde dat ik van haar spaargeld
de komende tien jaar gedichten zou schrijven.
Zij zag in mij de ongeboren Servische zoon,
ik zag in haar de uitweg uit de familiesleur.
Maar nauwelijks had ik de rekeningen,
volmachten en alle benodigde subsidies in handen,
of een man uit het verre Hongkong,
die zichzelf haar neef noemde, schreef: “We need
more control about checks & balances!“
De e-mail was ondertekend met „Vice
Chairman of the Anglo Eastern Group
Hongkong“. Zoals u zich kunt voorstellen: waar as
ligt, zijn verre verwanten nooit ver weg.
Ik heb me tot de Belgische staat gekeerd,
die nu de volledige nalatenschap beheert.
Van alle vorderingen jegens
Bewindvoerder & Vrederechter werd afstand gedaan.
Sindsdien wordt hier ook geheel officieel
alle poëzie gratis geschreven.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Christian Filips (Osthofen, 22 november 1981)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 20e november ook mijn blog van 20 november 2023 en ook mijn blog van 20 november 2020 en ook mijn blog van 20 november 2018 en eveneens mijn blog van 20 november 2017.

Scott Cairns

De Amerikaanse dichter, librettist en essayist Scott Cairns werd geboren op 19 november 1954 in Tacoma, Washington. Zie ook alle tags voor Scott Cairns op dit blog.

 

Our Lost Angels

Ages ago, clouds brought them near
and rain brought them to our lips;
they swam in every vase, every cupped palm.
We took them into ourselves
and were refreshed.
For those luckier generations, angels
were the sweet, quickening substance
in all light, all water, every morsel of food.
Until the day the sun changed some, as it had,
took them skyward, but thereafter
the clouds failed to restore them.
In time, streams gave up
every spirit, and the sea, unreplenished,
finally became the void we had feared
it would become, the void we had imagined.
And, as now, clouds brought only rain,
and the emptied rain
brought only the chill in which
we must now be wrapped.

 

A Lot

A little loam and topsoil
is a lot.
—Heather McHugh

A vacant lot, maybe, but even such lit vacancy
as interstate motels announce can look, well, pretty
damned inviting after a long day’s drive, especially
if the day has been oppressed by manic truckers, detours,
endless road construction. And this poorly measured, semi-
rectangle, projected and plotted with the familiar
little flags upon a spread of neglected terra firma
also offers brief apprehension, which—let’s face it,
whether pleasing or encumbered by anxiety—dwells
luxuriously in potential. Me? Well, I like
a little space between shopping malls, and while this one may
never come to be much of a garden, once we rip
the old tires from the brambles and bag the trash, we might
just glimpse the lot we meant, the lot we hoped to find.

 

Homeland of the Foreign Tongue

Each morning we begin again. My wife
wakes me with a shove, and condescends to try
her sorry Deutsch with me; she’s chewing mud.
God, she’s dumb. I tell her so, but mostly
in a dialect she never understands.
Carefully now, she mouths her thanks and takes me

by the hand to the dampness of the trough,
where she leaves me throwing water on my face.
I wash those parts I want to wash, begin
my bump along the wall to the sour kitchen,
where coffee waits and something tasteless chills
against the plate. Grace is blind, and probably

deaf as well, happens only where angels
let it—nowhere you’ll ever find in time.
I’ve never seen the woman’s face, though once,
too far from here to count for much, I wished I could.
But it’s morning come again, and she,
as is her habit, begins to sing above the soup.

Somewhere, some angel pities me, as God
must once have pitied her: Her voice forgets
its tenement, and I neglect the words.

 

Idiote Psalmen

4

Isaaks boetepsalm, zonder begeleiding.

Opnieuw, en ja, opnieuw, o Onophoudelijke Verdraagzame
van onze troosteloze terugkomsten o Eeuwig Verzakende
Verlatene (zonder conclusie), o Onuitputtelijke,
vind ik mijn gezicht tegen de grond, en opnieuw
ontsnapt mijn smeekbede aan onreine lippen, en aan een hart
dat is aangekoekt en vernauwd door zijn eigen bezoedelde resten.
U bent voor eeuwig, en voor eeuwig gezegend, en ik verlang ernaar
op een dag mijn knoop te ontwarren en de zaken te veranderen,
om minstens één laatste seizoen zondeloos te doorstaan,
om nog één keer zonder hartzeer voor u te buigen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Scott Cairns (Tacoma, 19 november 1954)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 19e november ook mijn blog van 19 november 2020 en ook mijn blog van 19 november 2018 en eveneens mijn blog van 19 november 2017 deel 3.

Joost Oomen, Scott Cairns

De Nederlandse dichter Joost Oomen werd geboren in De Bilt op 18 november 1980. Zie ook alle tags voor Joost Oomen op dit blog.

Uit: Visjes

“Een groot, door de maan beschenen koekblik met licht achter de raampjes. Vanbinnen is dit koekblik vol versleten pluchen stoelen en schuifdeuren en harmonicagangen en zeeppompjes en er zit een conducteur in, kalend bij de slapen en in een brandschoon uniform, die knikkebolt naast een kast vol sleutels en reserve-tandenborstels voor zijn passagiers. Zijn fluit hangt aan een wit koord om zijn nek. Het is niet alleen de conducteur die slaapt, ik doe dat ook. lk lig op mijn buik op een bed dat prikt. De avondklok is nog van kracht in dit land en de stationsbelletjes van Italië luiden voor natriumgeel verlichte, maar volstrekt verlaten stations. In de momenten dat ik wakker schrik en even wakker blijf, zie ik dorp na dorp voorbijdrijven in het zwart en ik weet dat ik een goede kans maak dat Ik degene ben die in deze nacht de meeste lichtjes van Italië ziet. lk zie de lichten van Cassino, Napels en Sapri, ik zie de kleine, flakkerende lichten op de bergflanken en de rode lampen op windmolens. Ik zie de verre lichtjes op de donkere zee op de momenten dat we met de trein vlak langs de branding scheren, en dat is vaak, want de rails zijn vlak langs de kust gelegd; als ik mijn arm uit het raam zou steken zou ik mijn hand bijna door het witte schuim kunnen laten gaan. lk zie het licht van de gang door de luxaflex van onze coupé schijnen en in dat zachte licht zie ik de bagage van mijn reisgenoten op de treinvloer liggen. Op het uitklapbed boven mij ligt de ene reisgenote, een Italiaanse kunstenares die in Nederland woont. Zij heet Mirka. Op de treinbank naast mij ligt mijn andere reisgenote, een Nederlandse kunstenares die in Italië woont. Zij heet José. Samen zeulen zij mee: drie analoge spiegelreflexcamera’s, één pinhole-camara, twee digitale camera’s, een loodzwaar statief uit de jaren zeventig een linnen tas vol kleurenrolletjes, een linnen tas vol zwart-witrolletjes, een rolletje voor het fotograferen in de nacht, een rolletje waarvan ze beiden niet weten waar het voor is, twee flessen chemicaliën om foto’s mee te ontwikkelen, twee maatbekers om die chemicaliën te kunnen mengen, een wisselzak, vier slippers, tien mondkapjes, twee tandenborstels, een flesje ontsmettingsmiddel en nog wat dingen die elke reiziger wel in zijn of haar tas heeft zitten.”

 

Joost Oomen (De Bilt, 18 november 1980)

 

De Amerikaanse dichter, librettist en essayist Scott Cairns werd geboren op 19 november 1954 in Tacoma, Washington. Zie ook alle tags voor Scott Cairns op dit blog.

 

Idiote Psalmen

3

Een psalm van Isaak, gefluisterd te midden van de Filistijnen, fluisterend.

Meester, zowel onzichtbaar als notoir traag van handelen, mocht U geneigd zijn
Uw genereuze aandacht voor dit moment
te vestigen op de beperkte scène van deze door ons vastgestelde
saaiheid, mocht het U – zodra onze vriendelijke
secretaris naar behoren heeft opgemerkt wie van ons
aanwezigheid veinst, en wie verontschuldigd is, en wie niet,
u misschien vermaken te horen hoeveel wij te zeggen hebben
over zo weinig. Tussen deze andere middelmatigheden,
krijgt Uw middelmatige dienaar een glimp van hoe
zijn trage en magere aanbidding zou kunnen verschijnen
van waaruit U eindeloos onze somberheid bijwoont.
Heilige, vergeef, doe afstand en, als U wilt, weer
van dit mijn hart het gevoel af dat ik hier verdrink
te midden van de gebaren, de discussies, de verschillende
eindeloos herschikte vragen, onze papieren stembiljetten.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Scott Cairns (Tacoma, 19 november 1954)
Portret door Bruce Herman, 2020

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 18e november ook mijn blog van 18 november 2023 en ook mijn blog van 18 november 2020 en ook mijn blog van 18 november deel 2 en eveneens deel 3.

Guido van Heulendonk, Chinua Achebe

De Vlaamse schrijver Guido van Heulendonk (pseudoniem van Guido Beelaert) werd geboren in Eeklo op 17 november 1951. Zie ook alle tags voor Guido van Heulendonk op dit blog.

Uit: Buiten de wereld

“In de verte zijn er bergen en op de voorgrond een plas, waarin zich de top van een wolk weerspiegelt. Er is een landschap, coördinaten en dimensies, breedte en lengte, lucht, verschuivingen in spectra en momenten.
Het is daar en nu.
Er is een sloot. Stapvoets treedt het water onder een booggewelf naar buiten, het daglicht in, meteen de weg vindend tussen de rotsige oevers en het struikgewas dat de duiker half aan het oog onttrekt. De bakstenen zijn ooit rood geweest, maar hebben hun kleur prijsgegeven aan oprukkend vuil en mos.
Links en rechts groeien veldbloemen, in groepjes of verspreid, unisoon qua ornaat en kleur, en het geluid is dat van regen die net ophoudt te vallen. In het modderige zand bij de bosrand is een patroon van ribben en walletjes ontstaan, waartussen het laatste vocht wegsijpelt. Een laadbord van Stengen&Co staat te rotten tegen de eerste boom, een plank heeft zich losgewerkt uit het geheel, opgekruld als een gesprongen veer, netels groeien dwars door het hout en verderop hangen waterdruppels aan de stekels van distels, twijfelend. Enkele laten los, maar de meeste klampen aan.
Nu vliegen mussen op en een houtduif koert. Aan een omgewaaide berk bewegen witte velletjes en de schijf van de uitgerukte wortels staat rechtop, als een opengeklapt putdeksel, op de rand van het wortelgat. Twee vuisten water, tot opdrogen gedoemd, want de regen zal nu lang niet meer vallen. Bij de sloot vijf wilgen. Uit de gebarsten wortels kruipen mieren, ze dwalen rond, verdwijnen in het gras, keren terug. Eentje bereikt een kastanjeblad, waarop, schijnbaar ontstaan uit het niets, opeens een hagedis zit. Ze versteent tot fossiel, zichzelf exposerend op de groene handpalm. De mier kruipt om haar voorpoot heen, houdt halt, ruikt aan een schub. De hagedis flitst weg, gereanimeerd door een onhoorbare stem.
Een schaduw verglijdt, onder de trage wolken.
En kiezel, schors en klaver. Kruimelende bladeren van vervlogen herfsten. Verlaten cocons, afgeworpen insectenjasjes, transparante vliegenlijkjes in spinnenwebben. Houtschimmel en bereklauw, boterbloemen en Sint-Janskruid. Vlinders, bijen, hommels, wespen, dazen, dansmuggen. En een spitsmuis. En diep in het westen, hoog op een blauwe helling, de doorbuigende notenbalk van hoogspanningskabels.”

 

Guido van Heulendonk (Eeklo, 17 november 1951)

 

De Nigeriaanse dichter en schrijver Chinua Achebe werd geboren op 16 november 1930 in Ogidi. Zie ook alle tags voor Chinua Achebe op dit blog.

 

Achterlating

Ik verliet de gebeeldhouwde kruk
in de hut van mijn vader onder het aanzwellende
gezang van sabeltandtermieten
die in het merg van het hout
een stalagmiet met witte buik opwekten

Waar gaat een hardloper heen
die met zijn olieachtige greep
de stok laat vallen die door de gelovige is overhandigd
in een harde, genadeloze race? Of
de priesterlijke ouderling, die het hoofd
van tabak van de curiosaverzamelaar
inruilt voor de heilige staf
van zijn volk?

Laat ze het land beproeven
waar de zee zich terugtrekt
Laat ze het land beproeven
waar de zee zich terugtrekt

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Chinua Achebe (16 november 1930 – 21 maart 2013)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 17e november ook mijn blog van 17 november 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Craig Arnold, Chinua Achebe, Yves De Bosscher

De Amerikaanse dichter Craig Arnold werd geboren op 16 november 1967 in Temple, Californië. Zie ook alle tags voor Craig Arnold op dit blog.

 

Pitahaya

Teach me a fruit of  your
country I asked and so you dipped
into a shop and in your hand
held me a thick yellow pinecone

no knife between us
you put it to your teeth
sideways like a bird and bit
and peeled away the fleshy
scales or were they petals

crisp white at the core
peppered with black seeds
sweet and light like a cold cloud
like some exotic sherbet carried
hand over hand from a mountaintop
by a relay of runners straightway
to the Inca’s high table

we sat on metal chairs
still pebbled with rain the seat
of my pants damp we passed it
back and forth no matter how
carefully we could not help

spilling the juice making
our cheeks sticky our fingers
getting sticky our fingers no
not even once touching

 

“You are the hummingbird that comes”

You are the hummingbird that comes
a pure vibration wings a blur
propeller-burring a million beats
to keep still the world’s littlest pivot
spinning the heaven’s hemisphere
as a wineglass with a wet finger
laid on the rim to make it ring

Feathers a rainbow how you reel
hovering over blossom cheeks
tucked into the honeysuckle
to lap a single drop of nectar
onto your tongue messenger-goddess
kicking a gold-dust of pollen
out of your winged heel

The slow promise of your approach
makes my throat thick the joy gathers
deep in my spine as if it were a snake
making a smooth wave of muscle
toward the taste of water

 

Craig Arnold (16 november 1967 – 27 april 2009)

 

De Nigeriaanse dichter en schrijver Chinua Achebe werd geboren op 16 november 1930 in Ogidi. Zie ook alle tags voor Chinua Achebe op dit blog.

 

Vlinder

Snelheid is geweld
Kracht is geweld
Gewicht is geweld

De vlinder zoekt veiligheid in lichtheid
In gewichtloze, golvende vlucht

Maar op een kruispunt waar gevlekt licht
Van bomen valt op een gloednieuwe snelweg
Ontmoeten onze convergerende territoria elkaar

Ik ben kracht genoeg voor twee
En de zachtaardige vlinder biedt zich aan
In een felgeel offer
Op mijn harde siliconen schild.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Chinua Achebe (16 november 1930 – 21 maart 2013)

 

De Vlaamse schrijver, dichter en politicus Yves De Bosscher werd geboren in Kortrijk op 16 november 1970. Zie ook alle tags voor Yves De Bosscher op dit blog.

 

Ongrijpbaar

Soms, als ik hier sta
Droom ik van samen met je reizen
Naar zee, de wolken en dan terug
De geur van het plenzen van regen
Op zomerse plaveien in het dorp

En dan te voelen als een oever
Waar alles traag maar ongrijpbaar
Aan voorbij stroomt

 

Credo van een schipper

Voor het losgooien van trossen
Voor het ruisen van het riet
Voor de vrijheid van het varen
Voor de weemoed van een lied
Voor het aanmeren aan kaaien
Voor de heimwee die niemand ziet

Voor de spiegeling in het water
Voor de nevel op het land
Voor de golfslag door zijn aderen
Voor het stuurwiel in zijn hand
Voor de stuwen en de sluizen
Voor zij die wuiven in passant

Voor het eeuwige verlangen
Voor de tocht die immer duurt
Voor de thuiskomst na het afscheid
Voor de stroming die hem stuurt
Voor het reilen en het zeilen
Voor de vrees van het vergaan

Voor de schipper is dit leven
Voor zijn boot moet hij bestaan

 

Yves De Bosscher (Kortrijk, 16 november 1970)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 16e november ook mijn blog van 16 november 2018 en eveneens mijn blog van 16 november 2014 deel 2.

Clemens J. Setz, Ted Berrigan

De Oostenrijkse dichter, schrijver en vertaler Clemens J. Setz werd geboren op 15 november 1982 in Graz. Zie ook alle tags voor Clemens J. Setz op dit blog.

 

Die Sandalen

Der japanische Mönch Pontaro,
blind und leprakrank, las
seine Braille-Schriftrollen mit der Spitze
seiner Zunge: Geduldig leckend kitzelte er
die Wörter aus ihrem Versteck,
und hatte er einen ganzen Satz entziffert,
schluckte er und leckte sich die Lippen.

Es ist unmöglich, nicht an ihn zu denken,
heute, an diesem eiskalten Tag im November,
wo die Seiten des kleinen Buchs mit Parabeln
sich in meinen Händen so kalt anfühlen wie Fensterscheiben
zwischen Besuchern und Patienten in Zwangsjacken,
und wo meine Lippen ständig aufspringen
wie die Rinde eines verzweifelten Baumes.

Unmöglich, sie sich nicht vorzustellen:
die nassen, ausgelesenen Schriftrollen,
zum Trocknen aufgehängt im Sonnenlicht,
und die Luft, erfrischt vom Geruch
sich wellenden Papiers. Und der blinde Mönch selbst,
wartend auf die Wiederkehr des Textes,
auf die spannende Geschichte: Wie eines Tages

der Buddha im tiefsten Frühling
über die Brücke am Fluss ging
und dort am Geländer sein Ebenbild sah,
das die nackten Füße ins Wasser baumeln ließ.
Da wusste der Buddha, was zu tun war:
Er legte sich seine Sandalen auf den Kopf
und ging so zurück ins Dorf.

Irgendjemand dort
würde den Sinn der Geschichte verstehen,
würde sich die Lippen lecken
und ein wenig Speichel sammeln
für die richtige Frage auf diese Antwort.

 

Schmetterlingseffekt

Dieser eine verheerende
Wirbelsturm letzte Woche
am anderen Ende der Welt:
Das war ich

Nur eine einzige unbedachte Drehung
oder Faltung der Flügel,
mehr kann’s im Prinzip
nicht gewesen sein

Ich schwöre, ich werde mich
in Zukunft bemühen
Aber wie meinen Körper halten
wie die Fühler, die Beinchen

Immer noch bringt
jede kleinste Bewegung
gewaltiges Massensterben
irgendwo weit weg

Selbst mein vollkommen regloses
Ausruhen auf der Tempelglocke
auf ihrem betörenden Moosbelag
bringt weltweit nichts als Zerstörung

 

Clemens J. Setz (Graz, 15 november 1982)

 

De Amerikaanse dichter Ted Berrigan werd geboren op 15 november 1934 in Providence, Rhode Island. Zie ook alle tags voor Ted Berrigan op dit blog.

 

Chinese Nachtegaal

We bevinden ons in een getranspersonifieerde staat
Revolutie, die jezelf een draai laat maken
Ik slaap naast “De Hulk”. “De Hulk” slaapt vaak
Terwijl ik wakker ben en vice versa. Het leven is verre van ideaal
Voor een aap die verliefd is op een nymfomane! God is ontslagen!
Heb ik de maan nodig om vrij te blijven? Om zachtjes te exploderen
In een halo van maanstralen? Moet ik
Op mijn menselijke voeten staan, rechtop, pratend, vrij
Zal slaap het hartzeer van de doofstomme genezen? Ben ik
Op mijn eigen manier, Amerika? Bergafwaarts rollend, en weg?
De deur naar de rivier is gesloten, mijn hart breekt
Los van pure inertie. Ik doe niets anders dan stuntelen.
Maakt niet uit. We leven samen in de jungle.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Ted Berrigan (15 november 1934 – 4 juli 1983)

 

Voor nog meer schrijvers van de 15e november zie ook mijn blog van 15 november 2018 en eveneens mijn blog van 15 november 2015 deel 2 en eveneens deel 3.

Olga Grjasnowa, Tom Hofland, Norbert Krapf

De Duitse schrijfster Olga Grjasnowa werd geboren op 14 november 1984 in Baku  Azerbeidzjan. Zie ook alle tags voor Olga Grjasnowa op dit blog.

Uit: Die juristische Unschärfe einer Ehe

„Leylas Zelle maß drei mal zwei Meter und sah aus wie der Hauptschauplatz eines schlechten Film Noir. Eine harte Pritsche und ein winziges vergittertes Fenster. Die Luft war stickig, und die Tage dehnten sich schamlos aus. Die meiste Zeit über lag Leyla auf dem Bauch, ihre Hände mit Handschellen auf den Rücken gefesselt. Ihr Körper widerte sie an. Sie hatte seit einer Woche nicht mehr geduscht Auf ihrem Kleid waren mehrere Schichten Blut und Schweiß übereinander getrocknet Sie war wegen illegaler Autorennen in der Innenstadt von Baku festgenommen worden. Die offizielle Anklage hätte »Rowdytum« lauten können, doch eine Anklage wurde nicht einmal erhoben. Autorennen gehörten zu den Hobbys der Goldenen Aseri-Jugend, und sie waren die letzte Möglichkeit der Revolte. Reiche Sprösslinge kauften sich von ihrem Taschengeld alte sowjetische Autos, auf die man einst ein Jahrzehnt warten musste. Die Rennen fanden bei Nacht und ausschließlich in belebten Gegenden statt, nicht selten kamen dabei Fußgänger ums Leben, was den Charme des Ganzen natürlich erhöhte. Niemand wusste, wer diese Autorennen erfunden hatte. Die Inhaftierten gaben nichts preis—und die Wärter fragten nicht nach. Bei der Präsidentenfamilie waren die Autorennen verpönt und gehörten zu den wenigen Vergehen, die sich nicht mit Geld regeln ließen. Die jungen Fahrer, es war noch nie jemand festgenommen worden, der älter als sechsundzwanzig gewesen wäre, wurden in der Regel auf der Polizeiwache festgehalten und von mehreren Beamten ab-wechselnd verprügelt. Eine durchaus gängige, ja sogar für diese Breitengrade harmlose Praxis. Und so wurde Leyla dreimal täglich von einem jungen Polizeischüler abgeholt und in Handschellen ins Untersuchungszimmer geführt Es war derselbe Junge, der ihr das Wasser und das Essen brachte — schmächtig, von kleinem Wuchs und mit dem traurigen Blick eines ewigen Verlierers. Das Untersuchungszimmer war geräumig und bis auf einen schmalen Tisch und zwei Stühle leer. Er band Leylas Hand- und Fußgelenke fest. Erst während der Fixierung kam der zweite Polizeischüler hinzu: eine operierte Hasenscharte, zwei Goldzähne und ansonsten symmetrische Züge mit zart geschwungenen Augenbrauen, die nicht zum unteren Teil des Gesichts passen wollten.“

 

Olga Grjasnowa (Baku, 14 november 1984)

 

De Nederlandse dichter, schrijver en programmamaker Tom Hofland werd geboren in Apeldoorn op 14 november 1990. Zie ook alle tags voor Tom Hofland op dit blog.

Uit: Vele vreemde vormen

“Tomás leunde met zijn rug tegen de muur van zijn kantoor. Hij keek een tijdje naar de lege stoelen aan zijn bureau, de dode plant op de kast en de kalender aan de muur tegenover hem. Op maandag stond een driehoekig puntje met een verticale streep getekend. Het moest een taartpunt voorstellen: Tomás was deze week 31 geworden.
Plotseling schrok hij van de stilte en wendde hij zijn blik naar de klok. Het was halfvijf: tijd om een einde aan deze ellenlange dag te maken.
Hij liep naar het raam en keek naar buiten. Het regende. Op de stoep vormden zich diepe bruine plassen. Het neonbord van de diamanthandelaar weerspiegelde in een modderstroompje en Tomás probeerde het opschrift ondersteboven te lezen, maar werd na een halfslachtige poging afgeleid door een man die over de plas heen stapte. Hij liep de steeg in die uitkwam onder Tomás’ raam.
De man droeg een driedelig wollen pak en glimmende leren schoenen met gespen. Zijn gezicht bestond uit strakke lijnen, geelroze gekleurd, met grijze stoppels op zijn kaken. Af en toe ving Tomás, onder de mouw van zijn lange jas, de glimp op van een gouden polshorloge. Het was allemaal net iets té, deze man. Sowieso te chic voor deze straat, en hij had iets bevreemdends over zich: alsof hij was weggelopen uit een goedkoop kostuumdrama. Verder liep hij een beetje als een vogel. Als een reiger, om precies te zijn. Met grote, voorzichtige stappen liep hij over de plassen heen.
Tomás bestudeerde hem vanachter zijn raam en hoopte – god, wat hoopte hij het – dat de man verdwaald was. Dat hij een verkeerde afslag had genomen, rechtsomkeert zou maken en terug zou lopen naar de grote straat.
Maar de man liep door met grote vogelpassen en bleef staan onder Tomás’ raam. Hij keek even om zich heen, zag dat hij alleen in de steeg was, en klopte drie keer met zijn ring op het glas van de deur. Tomás bukte.
Hij sloot zijn ogen en zag zijn vader voor zich: een forse man in een gekreukeld wit overhemd, zwetend in een hangmat. Een gouden trouwring knelde om zijn vinger; een boek balanceerde op zijn slapende buik, de bladzijden vettig en gekreukeld. Hij lag te genieten van het langzame tempo van het leven op een eiland.
Hoe vreemd was dit noodlot, dat uitgerekend Tomás nog altijd in Antwerpen zat? Hij die nooit weg had gewild uit zijn geboorteland, zelfs niet van vakanties had gedroomd. Hij wilde niet denken aan andere scenario’s: hoe zijn leven zou zijn gelopen als zijn vader hem niet naar deze grauwe plek had meegenomen om hem vervolgens weer achter te laten.”

 

Tom Hofland (Apeldoorn, 14 november 1990)

 

De Amerikaanse dichter, schrijver en vertaler Norbert Krapf werd geboren op 14 november 1943 in Jasper, Indiana. Zie ook alle tags voor Norbert Krapf op dit blog.

 

Black Cat Blues

Oh, het Gasthaus is nog steeds gesloten,
de biertaps zijn leeg gedruppeld,
het fornuis is koud in de keuken
en de Stammtisch is zo stil
als de kerk op zaterdagavond

wanneer op de stoep
bij het krieken van de dag
de gemeenste zwarte kat rondstruint
die deze arme ogen ooit hebben gezien.

Heer, wees mij genadig, ik zal nooit
meer te veel drinken,
ik zal elke zondag naar de kerk gaan
en elke Eerste Vrijdag ook,

als u die gemene
oude zwarte kat maar laat rondstruinen
over de Hauptstrasse
direct aan de deur van het Gasthaus voorbij.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Norbert Krapf (Jasper, 14 november 1943)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e november ook mijn blog van 14 november 2020  deel 1 en ook deel 2 en ook  mijn blog van 14 november 2018 en eveneens mijn blog van 14 november 2015 deel 2.