Daniël Dee, Hans Magnus Enzensberger

De Nederlandse dichter Daniël Dee werd geboren op 12 november 1975 in Empangeni, Zuid-Afrika. Zie ook alle tags voor Daniël Dee op dit blog.

 

Niet al te menselijk s.v.p.

ik heb last van deze al te menselijke vorm
en de eisen die eraan wordt gesteld
slechts oppervlakkige schijnvertoningen
waar geen sterveling aan kan voldoen

ik verlang terug naar het beestachtige bestaan
van hiervoor als een zwijn wroeten in de aarde
naar de geurigste truffels woelen als een welp
die droomt tussen de voorpoten van zijn moeder

rollebollen ravotten vogelen dollen dartelen
met de zon als onze getuige niet de zorgen

want heb je ooit gezien hoe slakken paren?
dat wil ik! en niet deze werkelijkheid

waar haat wordt gepredikt
door te beweren dat hij liefde is

 

Plofijt

Mijn meedogenloze liefste, ik schenk jou een zestigtal illegale
container-Chinezen.
Honderdtwintig vaardige, illegale container-Chinezenarmen voor
mijn meedogenloze liefste.
Illegale container-Chinezen die rap als palingen in een emmer
glibberen uit hun veilige haven.
Tevreden en contente container-Chinezen.

Denk aan de mogelijkheden mijn meedogenloze liefste wat je
allemaal
kunt doen met een zestigtal illegale container-Chinezen gevist uit
de haven.

Laat ze zingen zestig illegale container-Chinezenkelen vertolken
want jij staat niet alleen.
Iedeleen is van de weleld.
Leer ze dansen de Moulin Rouge can-can honderdtwintig container-
Chinezenbenen in de lucht.

Stuur een troepje illegale container-Chinezen naar de supermarkt,
ontneemt je weer dat ongemak en het risico van gewapende
overvallers.

Plaats de zestig illegale container-Chinezen in je keuken
zo groot zijn ze niet, mijn meedogenloze liefste,

een beetje krap wellicht maar je hebt er geen omkijken naar of houd
je niet van Chinees?

 

Daniël Dee (Empangeni, 12 november 1975)

 

De Duitse dichter en schrijver Hans Magnus Enzensberger werd geboren op 11 november 1929 in Kaufbeuren. Zie ook alle tags voor Hans Magnus Enzensberger op dit blog.

 

Het verhaal van de wolken

Ter bestrijding van stress, kommer, jaloezie en depressie
verdient het aanbeveling naar de wolken te kijken.
Met hun roodgouden avondranden
overtreffen ze Patinir en Tiepolo.
De vluchtigste aller meesterwerken,
moeilijker te tellen dan een rendierkudde,
belanden in geen museum.
Wolkenarcheologie – een wetenschap
voor de engelen. Ja, zonder de wolken
zou alles wat leeft, sterven. Uitvinders zijn het:
zonder hen geen vuur, geen elektrisch licht.
Ja, het verdient aanbeveling om bij vermoeidheid,
woede en vertwijfeling de ogen
ten hemel te wenden.

 

Vertaald door René Smeets

 

Hans Magnus Enzensberger (11 november 1929 – 24 november 2022)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 12e november ook mijn blog van 12 november 2018 en ook mijn blog van 12 november 2017 deel 2 en eveneens deel 3.

Unbeliebtes Wunder (Wilhelm Busch), Hans Magnus Enzensberger

 

 

Sint Maartensavond door de Duits- Nederlandse schilder Eduard Geselschap, 1870

 

Unbeliebtes Wunder

In Tours, zu Bischof Martins Zeit,
Gab’s Krüppel viel und Bettelleut.
Darunter auch ein Ehepaar,
Was glücklich und zufrieden war.
Er, sonst gesund, war blind und stumm;
Sie sehend, aber lahm und krumm
An jedem Glied, bis auf die Zunge
Und eine unverletzte Lunge.

Das passte schön. Sie reitet ihn
Und, selbstverständlich, leitet ihn
Als ein geduldig Satteltier,
Sie obenauf, er unter ihr,
Ganz einfach mit geringer Müh,
Bloß durch die Worte Hott und Hü,
Bald so, bald so, vor allen Dingen
Dahin, wo grad die Leute gingen.

Fast jeder, der’s noch nicht gesehn,
Bleibt unwillkürlich stille stehn,
Ruft: „Lieber Gott, was ist denn das?“
Greift in den Sack, gibt ihnen was
Und denkt noch lange gern und heiter
An dieses Ross und diesen Reiter.

So hätten denn gewiss die zwei
Durch fortgesetzte Bettelei,
Vereint in solcherlei Gestalt,
Auch ferner ihren Unterhalt,
Ja, ein Vermögen sich erworben,
Wär’ Bischof Martin nicht gestorben.

Als dieser nun gestorben war,
Legt man ihn auf die Totenbahr
Und tät’ ihn unter Weheklagen
Fein langsam nach dem Dome tragen
Zu seiner wohlverdienten Ruh.
Und sieh, ein Wunder trug sich zu.

Da, wo der Zug vorüberkam,
Wer irgend blind, wer irgend lahm,
Der fühlte sich sogleich genesen,
Als ob er niemals krank gewesen.

Oh, wie erschrak die lahme Frau!
Von weitem schon sah sie’s genau,
Weil sie hoch oben, wie gewohnt,
Auf des Gemahles Rücken thront.
„Lauf“, rief sie, „laufe schnell von hinnen,
Damit wir noch beizeit entrinnen.“
Er läuft, er stößt an einen Stein,
Er fällt und bricht beinah ein Bein.

Die Prozession ist auch schon da.
Sie zieht vorbei. Der Blinde sah,
Die Lahme, ebenfalls kuriert,
Kann gehn, als wie mit Öl geschmiert,
Und beide sind wie neu geboren
Und kratzen sich verdutzt die Ohren.

Jetzt fragt es sich: Was aber nun?
Wer leben will, der muss was tun.
Denn wer kein Geld sein eigen nennt
Und hat zum Betteln kein Talent
Und hält zum Stehlen sich zu fein
Und mag auch nicht im Kloster sein,
Der ist fürwahr nicht zu beneiden.
Das überlegten sich die beiden.

Sie, sehr begabt, wird eine fesche
Gesuchte Plätterin der Wäsche.
Er, mehr beschränkt, nahm eine Axt
Und spaltet Klötze, dass es knackst,
Von morgens früh bis in die Nacht.
Das hat Sankt Martin gut gemacht.

 

Wilhelm Busch (15 april 1832 – 9 januari 1908)
Wiedensahl, de geboorteplaats van Wilhelm Busch. Op de donderdag in de week van Sint Maarten wordt in Wiedensahl elk jaar de Martinimarkt gehouden.

 

De Duitse dichter en schrijver Hans Magnus Enzensberger werd geboren op 11 november 1929 in Kaufbeuren. Zie ook alle tags voor Hans Magnus Enzensberger op dit blog.

 

De voortreffelijke eigenschappen van mijn vrouw

De voortreffelijke eigenschappen van mijn vrouw zijn te talrijk
voor een velletje A4.
Zij is een veelcellige met spetterende haren,
die ’s nachts, wanneer zij slaapt, voortreffelijk gedijen.
Ik hou van elk ervan. Van zachte delen
is zij goed voorzien. Wanneer haar neusgaten
lichtjes beven, weet ik dat zij denkt.
Hoe vaak zij denkt, en hoe onwillekeurig zij leeft!
Ik weet dat zij haar tong kan krullen,
dat zij voetjes kan geven. Wanneer zij lacht of boos is,
vormt zich aan haar mond een nieuwe plooi,
die mij bevalt. Niet helemaal wit is zij,
zij heeft verscheidene kleuren. Ook haar ademtochten
zijn talrijk, om nog maar te zwijgen van de zielen in haar borst.
Het verwondert mij dat zij meestal hier is,
waar ik toevallig ben.

 

Vertaald door René Smeets

 

Hans Magnus Enzensberger (11 november 1929 – 24 november 2022)

 

Zie voor nog meer gedichten bij Sint Maarten ook alle tags voor Sint Maarten op dit blog.

Zie voor nog meer schrijvers van de 11e november ook mijn blog van 11 november 2018 deel 1 en ook deel 2. en eveneens deel 3.

Jan van Nijlen, Hans Magnus Enzensberger

De Vlaamse dichter en schrijver Jan van Nijlen werd geboren op 10 november 1884 in Antwerpen. Zie ook alle tags voor Jan van Nijlen op dit blog.

 

Dans

Het meisje danst in wit gewaad… en vaag
schemert dë avond in haar oogen vonken
die hel, gelijk ten hemel sterren, lonken.
Wel wetend dat ze mooi is wijl ze traag

heur hoofd omdraait naar iets dat heeft geklonken,
iets teeders, heel zacht als een minnevraag
richt zij haar armen strak-gestrekt omlaag
van lust en kuische zinnelijkheid dronken.

En wijl ze danst versteent ze plots tot marmer,
want zij die zich als vrouw zoo heerlijk dacht,
voelt zich aan blanke rijke schoonheid armer,

daar ze’ uit het witte schuim der groene baren
verrijzen ziet in ’t ijle van den nacht
de mooie Aphrodite goud van haren..

 

Liefdesprookje

Mijn droom heeft zich gezelfmoord in den nacht
bij ’t fluistrend bidden van uw mededogen
O vrouw! en naar de rijke, lang-verbeiden logen
die eens zou spreken uit uw zonnig oogen
heel lang gewacht.

Ik heb gestaard verlangens-onbewust
in ’t oog waar nooit een ander kon in staren
geen nacht kon grijnzen of geen morgen klaren.
– En ‘k heb in ’t duister uw goud-blonde haren
heel zacht gekust.

Gij hebt mij aangekeken zoo bedrukt
met om uw oog die rood-geweende randen
als smeekend om geluk in beter landen.
– En ‘k heb in ’t duister uw koud-witte handen
heel zacht gedrukt.

Gij hebt gesproken van een zaligheid,
iets als een vaag en onbestemd verlangen
naar satersliedren of naar englenzangen…
– En ‘k heb in ’t duister uw koorts-heete wangen
heel zacht gevleid.

 

Venezia

II

Het Water

Wanneer de zon, o witte en roode stad!
in ’t fonklend paarlemoer schijnt der kanalen,
waar elk paleis door ’t lichte spel der stralen
een schaduw van zijn eigen beeld omvat,

dan kan alleen het blauwe water malen
wat niet een kon: uw allergrootste schat
waar, eeuwen lang, de hoogste om bad
in kleur verbeelden of in klank vertalen.

En daar niets roert die schoonheid, gloed noch storm
schijnt het den dichter die onmachtig is
om ’t beeld te gieten in zoo puur een vorm,

of ’t water zelf de stad in verzen zet
daar in dien spiegel kleur een rytmus is
en elke klank een rytmenzwaar sonnet.

 

Jan van Nijlen (10 november 1884 – 14 augustus 1965)

 

De Duitse dichter en schrijver Hans Magnus Enzensberger werd geboren op 11 november 1929 in Kaufbeuren. Zie ook alle tags voor Hans Magnus Enzensberger op dit blog.

 

Herinnering aan het indringende ogenblik

De morgen van de rouw, die in je kleren kruipt als het spit;
de dag waarop je jezelf voor eeuwig belachelijk hebt gemaakt;
de avond waarop je op de grond ligt en het bloed uitje neus vloeit;
het uur waarin je ontdekt dat je je veertien jaar, negen maanden
en twee weken lang hebt vergist;
de minuut waarop je eigen dochter je aankijkt als een vreemde;
het ogenblik waarop je meent de punt van het mes in je rug te voelen;
het moment waarop je de afscheidsbrief op de keukentafel vindt;
het tiende deel van een seconde waarin de lawine onder je voeten begint te schuiven;
en daarvoor en daarna de onvoorstelbaar talrijke ogenblikken van zorgeloosheid.

 

Vertaald door René Smeets

 

Hans Magnus Enzensberger (11 november 1929 – 24 november 2022)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e november ook mijn blog van 10 november 2018 deel 1 en eveneens deel 2.